Wow… Spectaculair. Adembenemend. Fantastisch. En verzin alle superlatieven maar. Wat was vandaag een grandioze dag! De dag van de Icefields Parkway.
Vanmorgen waren we wat vroeger opgestaan, omdat we een lange dag voor de boeg hadden. Vandaag rijden we van Banff naar Jasper (of eigenlijk nog een stukje verder). Er is maar 1 weg die je kunt nemen, de Icefields Parkway, en die is van Lake Louise naar Jasper zo’n 275km. Met maar 1 tankstation ergens halverwege. Omdat we al gelezen hebben dat je veel zult stoppen, hebben we maar rekening gehouden met een hele dag ‘rijden’.
Als we gaan ontbijten zien we al een voorbode: de ramen van de auto zijn bevroren. Nachtvorst dus. En dat zal niet het enige winterse verschijnsel zijn vandaag. Maar goed, eerst ontbijten, de koffers inladen in de wagen, nog even een koffie voor onderweg halen en daar gaan we. Omdat het erg mooi weer is, besluiten we na een half uur toch nog een keer naar Lake Louise te gaan. De zon schijnt, misschien kunnen we nu wat mooiere plaatjes schieten. Dat lukt inderdaad. Het is wel erg koud, zo’n 7 graden. En veel warmer zal het vandaag ook niet worden.
Nog even tanken voor we richting Jasper rijden, maar dan is het zo ver: de beroemde Icefields Parkway.
Icefields Parkway
We kunnen waarschijnlijk nog dagen praten over deze weg zo fantastisch was het. Vorige week reden we over de going-to-the-sun road, wat een van de mooiste wegen van Noord Amerika moet zijn. Twee jaar terug reden we over de Beartooth Highway naar Yellowstone, ook al een van de mooiste wegen. Natuurlijk hebben we over Big Sur in Californië gereden, een van de mooiste wegen in Noord Amerika. En in 2003 hebben we de Sea-to-Sky highway gedaan, van Vancouver naar Whistler, je raadt het al: een van de mooiste wegen van Noord Amerika.
Nou, het waren allemaal geweldig mooie wegen om te rijden, maar de Icefields Parkway is echt van buitencategorie! Een mooiere weg hebben we nog nooit gereden. De hele 275km lang is een aaneengesloten verzameling van hoogtepunten. Waarom? De omgeving. De bergen. De vergezichten. De meren. De uitzichten. Enz. Iedere keer als je een bocht neemt stokt de adem in je keel, omdat je ineens weer een nieuw vergezicht krijgt voorgeschoteld waar je stil van wordt.
We begrijpen nu waarom we steeds lezen dat je zo vaak stopt: je wil iedere onder meter stoppen om foto’s te maken. En in het begin deden we dat ook, maar op een gegeven moment blijf je toch rijden, want anders doe je 4 dagen over die rit (en er is maar 1 hotel, ongeveer halverwege, dus doorrijden is een must). Maar naast de overweldigende natuur zijn er ook nog eens de nodige stops waar we een stukje moeten lopen om weer ‘wow’ te roepen. Deze weg is fantastisch om te rijden. Alleen al hierom zou iedereen ooit eens een keer hier geweest moeten zijn.
We hebben natuurijk de nodige foto’s gemaakt, maar er is er niet eentje die ook maar in de buurt komt van ‘the real thing’. Maar goed, het blijven wel leuke herinneringen natuurlijk!
Toch even een paar bijzonderheden over de route.
Bow Lake
Dit is een van de eerste meren die we tegenkomen. Waren we vanmorgen eerst bij Lake Louise gestopt een een foto te maken van het mooie meer, nu vragen we ons af waarom dat was. Want Bow Lake is vele malen mooier! De hele mooie blauwe kleur, de achtergrond van de bergen, en de rijp op de bomen (ja, het is hier erg koud, zo’n 2-3 graden) maakt dat het er wel heel fraai uitziet.
Peyto Lake
Dit meer kun je niet direct zien, maar je moet er een paar honderd meter (steil omhoog) voor lopen. Maar als je dan bij het uitkijkpunt komt…. Adembenemend! Peyto Lake is het stukje klimmen meer dan waard!
Icefield Centre
Als je over de helft van de route bent, kom je aan bij de grote stop op de parkway. Hier is een restaurant, een hotel, maar vooral het startpunt van 2 ‘excursies’. Hierover natuurlijk meer zometeen. Maar eerst even het weer. Was het vanmorgen vroeg geweldig mooi weer, geleidelijk aan kwamen er steeds meer wolken. Die zaten de vergezichten niet in de weg, maar we werden er wel wat ongerust van. En zo’n 15 minuten voordat we bij het Icefield Centre kwamen was het ineens potdicht. Geen mist, maar wel helemaal bewolkt. Baalden we wel een beetje van, maar ja, wat kun je eraan doen? Eenmaal aangekomen bij Icefield Centre, begon het zelfs te sneeuwen, en niet een heel klein beetje…
En dat was echt heel vervelend, omdat we nl een trip hadden geboekt om op de Athabasca gletjser te gaan kijken. Naar je kon geen 50m voor je uit kijken. Balen, maar toch maar opgestapt op de bus (je kan er niet zelf naartoe rijden). Onderweg naar de overstapplaats hield de sneeuw op en begon het op te klaren. Het was maar een ritje van 4 minuten…. Bij de overstapplaats stap je over op gigantische sneeuwbussen, zal ik ze maar noemen. Speciaal gemaakt om grote groepen personen over de gletsjer te vervoeren. We stappen in en tegen de tijd dat we uitstappen op de gletsjer zijn we 20 minuten verder. En het is helemaal opgeklaard. Weer is het bewijs geleverd dat het weer in de bergen enorm snel kan omslaan.
We blijven zo’n 20 minuten op de Gletsjer rondhangen, vergapen ons aan andere gletsjers, maken wat foto’s en gaan dan weer terug. Het was misschien maar kort (in totaal zo’n 1 uur en 20 minuten) maar een fantastische belevenis. En het leuke: tegen de tijd dat we weer terug zijn trekt alles weer dicht en begint het weer te sneeuwen. De weergoden zijn vandaag met ons!
We lunchen een hapje en gaan vervolgens op weg naar de tweede trip: naar de Glacier Skywalk. Dat is een glazen brug die over de bergrand heen hangt: als je er overheen loopt kijk je enorm diep naar beneden en de uitzichten zijn spectaculair. Er lijkt alleen een kink in de kabel te komen want als we in de rij gaan staan krijgen we te horen dat je niet op de Skywalk mag lopen ivm de sneeuw. En da’s nog even los van het feit dat alles potdicht zit en je toch niets ziet. Hmm, da’s balen want we hebben de tickets gisteren al gekocht. We mogen wel later deze week terugkomen, maar we hebben geen zin om dat hele eind alleen hiervoor te rijden. En net als we weg willen lopen blijkt dat de Skywalk weer open is. Dus snel in de bus en 8 minuten later zijn we er. En geloof het of niet, de lucht is weer opgeklaard, alleen niet zover dat we alle bergen kunnen zien. En de Skywalk zelf? Als je het niet eerder gedaan hebt is het wel aardig. Wij hebben echter een aantal jaren geleden iets vergelijkbaars gedaan bij de Grand Canyon, en deze Skywalk (de allereerste) was vele malen spannender en spectaculairder. Maar ja, wij zijn een beetje verwend na al die reizen.
Als we weer terug zijn in het Icefield Centre besluiten we meteen te gaan rijden, want inmiddels is het al bijna 5 uur en we moeten nog een heel eind.
Ondanks het feit dat het nu zeker niet meer helder is en sommige bergtoppen niet te zien zijn, blijft de rit fenomenaal. We merken wel dat we nauwelijks meer stoppen, omdat het bijna lijkt alsof we al gewend zijn geraakt aan al dat moois. Dat is gelukkig niet zo, maar ja, we willen ook nog wel voor het donker het eindpunt halen.
Sunwapta Falls
Na eenhalf uurtje rijden stoppen we. We gaan weer een heel klein stukje wandelen om bij de Sunwapta waterval te komen. Een van de vele watervallen hier in de bergen. Deze is wel interessant omdat hij dwars door een rotswand heen lijkt te snijden. Dat is feitelijk ook wel waar, alleen heeft het duizenden jaren (langer?) geduurd voor het geworden is wat het nu is.
Athabasca Falls
De laatste stop van vandaag is zo’n 30km voor we bij Jasper aankomen. Een heel populaire stop met een enorme parkeerplaats. Die bijna leeg is. Da’s mooi, dan kunnen we rustig kijken bij deze waterval. Je zou denken dat het saai wordt om die watervallen te bekijken, maar dat is simpelweg niet zo. En deze waterval is weer zo mooi omdat hij relatief groot is. En je kunt heel dichtbij de waterval komen, zodat je een beeld hebt over de enorme hoeveelheid gletsjerwater die met een gigantische kracht die waterval afduikt. Nee, het verveelt niet.
Jasper
En uiteindelijk komen we rond 19:00 uur in Jasper aan. Het laatste uur hebben we niet zoveel verkeer gezien, waarschijnlijk omdat het al laat was. en dan heeft het niet veel zin de Icefields Parkway te rijden. Maar in Jasper is het weer wat drukker. Het is een klein langgerekt stadje, vol met hotels, winkels en restaurants. Alleen ziet het er allemaal veel vriendelijker uit dan Banff.
Hoe het echt is weten we later deze week, want wij rijden door naar Hinton, een klein uur verderop. Dat was nl de enige plek waar we afgelopen week een kamer konden vinden. Nu we door Jasper heenrijden zien we echter wel hier en daar ‘vacancy’ staan, dus we hadden hier ook kunnen slapen vanavond. Ach, het geeft niet, we rijden nog wel even door.
Dat laatste stuk is alleen een drama, vergeleken bij de rest van de dag. Het is gaan regenen, hard gaan regenen. En van Jasper tot Hinton regent het. De weg is druk, het begint donker te worden: bah. Nou ja, als dat het enige is….
In Hinton checken we in en gaan we meteen naar een sportbar hier om de hoek om snel nog wat te eten en na te genieten van vandaag. Het was een epische dag, om maar in superlatieven te blijven praten. Hoe kunnen we dat de rest van de vakantie nou nog verbeteren? We gaan het zien: morgen meteen de eerste poging.